In het kader van het vierluik over democratie, ecologie, economie en arbeidsverhoudingen verken ik met prof. dr. ir. Arjen Wals, hoogleraar Transformatief Leren voor Sociaal-ecologische Duurzaamheid aan de Wageningen Universiteit, het thema ecologie. Wat is goed voor de aarde (ecologie) in relatie tot arbeidsverhoudingen en menswaardigheid?
Tekst: Wim Oolbekkink
We spreken elkaar begin augustus op de zevende verdieping van een van de kantoorgebouwen van de Wageningen Universiteit. De gangen zijn lang en de meeste kamers leeg. De kamer van Arjen staat vol met boeken over duurzame ontwikkeling. Een thema dat al sinds de jaren 90 zijn bijzondere belangstelling heeft. Tijdens ons gesprek springt hij een aantal keren op om uit de kast een boek te pakken om te illustreren wat hij bedoelt. Hij is een verhalenverteller en illustreert zijn boodschap met verhalen uit de praktijk.
Welke uitdagingen zie jij waar het gaat om de duurzaamheidsvraagstukken van deze tijd?
‘’Die duurzaamheidsvraagstukken zijn er eigenlijk al heel lang. We weten al minstens sinds de jaren 70 met de club van Rome en de allereerste grote VN-conferentie over Mens, Milieu en Ontwikkeling die in Stockholm plaatsvond dat het niet goed gaat. Sindsdien wordt steeds duidelijker dat de problemen meer dan ingewikkeld zijn en moeilijk op te breken in kleine oplosbare stukjes. Het blijken zogenaamde wicked problems. We zijn steeds meer gaan inzien dat alles met elkaar verbonden is en dat je ecologisch, economisch, ethisch en sociaal op papier wel kan onderscheiden maar dat ze in werkelijkheid innig samenhangen.’’
Wals spreekt in dit verband over entanglement (verbondenheid, verstrengeling) en enstranglement (verstrikking, verwurging).
‘’De grootste uitdaging is denk ik dat we meer relationeel leren kijken; dat we de verbinding en verstrengeling meer gaan zien, voelen en ervaren. Je kunt dat ecologische basisvorming noemen waarvoor veel meer aandacht zou moeten komen. Zo dat we het landschap leren lezen, de buurt leren zien en de verbinding met waar we opgroeien versterken, alle zintuigen leren gebruiken maar ook leren ontdekken, leren spelen, relaties opbouwen. Datgene dat jonge kinderen van nature doen. En naarmate ze ouder worden ook leren (in)zien dat lokaal en mondiaal, verleden, heden en toekomst, met elkaar verbonden zijn en dat dat wat wij doen of laten gevolgen kan hebben voor anderen: hier, ver weg, nu, in de toekomst en dat er ethische consequenties zijn.”
‘’Veel studenten in Wageningen kiezen heel bewust om hier te studeren. Omdat ze iets in beweging willen zetten in de wereld. Als het gaat om voedsel, klimaat maar ook rechtvaardigheid dan zie je dat studenten bij willen dragen aan oplossingen voor deze grote mondiale uitdagingen. We lopen aan tegen de grenzen van wat de planetary boundaries ofwel ecologische grenzen worden genoemd (1). Het betekent ook dat ze zich een groot deel van hun tijd zich verdiepen in deze problematiek. Je moet er dan voor zorgen dat er steeds gewerkt wordt aan concrete handelingsperspectieven die laten zien dan andere leefstijlen, beroepspraktijken, vormen van managen en besturen wel degelijk mogelijk zijn en ook al her en der bestaan. Je kunt dat nu-topias noemen. Richt je enkel op de analyse en op de wetenschappelijke feiten van hoe erg het allemaal is, dan is het niet vreemd dat studenten zwaarmoedig worden en zich machteloos voelen.’’
‘’Ik maak me momenteel vooral zorgen over het feit dat de transitie richting duurzaam de laatste tijd zo vakkundig wordt afgeremd en het gemak waarmee zo veel mensen die op de transitietrein zaten er vanaf springen omdat de politieke wind even uit een andere hoek komt.”
Dan komt Wals terug op enstranglement; verstikking, verwurging. ‘’We zitten verstrikt in een economisch systeem dat onduurzaamheid, dieronvriendelijkheid en egoïsme normaliseert. Om ons daarvan los te maken moet er ook ruimte zijn om die structuren en systemen kritisch te bevragen, het vanzelfsprekende minder zelfsprekend te maken, het ongemak en de weerstand op te zoeken. Werken aan duurzaamheid vraagt ook om verzet en tegendraadsheid want anders blijft alles bij het oude en daarvan weten we nu wel dat het onhoudbaar is. Waar we naar toe moeten is een dynamisch evenwicht waarbij soms groei moet zijn maar soms ook krimp. Het kan niet altijd lente of zomer zijn. Herfst en winter in termen van decompositie, krimp, opladen en vernieuwen zijn wezenlijke onderdelen van een circulaire economie. Dat hoort bij een gezond systeem en onze gangbare economie is dat niet.”
Hoe ga je zelf om met die verwarring in die onzekerheid die je bij je studenten soms waarneemt. Heb jij een sleutel?
‘’Voor mij is dat toch wel onderwijs. Dat gebeurt in scholen en universiteiten maar ook in bedrijven en door organisaties als SBI. Het gaat in onderwijs om drie belangrijke functies: het leren van competenties en vaardigheden om in je persoonlijke- en beroepsleven goed te kunnen functioneren. Ten tweede: socialisatie. Als we het over duurzaamheid hebben dan gaat het over empathie, zorg voor elkaar en het vermogen om van perspectief kunnen wisselen. En als derde; subjectificatie. Dat geeft antwoord op de vraag: wie ben ik als mens, wie wil ik zijn en kan ik wel worden wie ik wil zijn. En ook: hoe kan ik diegene worden zonder dat dat ten koste gaat van anderen of van de aarde?”(2)
“Het gaat dus om het creëren van ruimte voor mensen om te ontdekken wie ze zijn, om relaties aan te gaan en om dwars te gaan liggen als er sprake is van onrecht. In een ideale wereld worden scholen, universiteiten, organisaties en bedrijven een soort microkosmos van een duurzamere wereld, waarbij voortschrijdend inzicht dat ontstaat in een continue zoektocht.”
Het gaat bij SBI over leren en ontwikkelen van mensen. Vaak ten dienste van ondernemingsraden, leden van ondernemingsraden. Dus echte mensen in echte bedrijven. En daar staat de vraag centraal hoe deze mensen bij kunnen dragen aan het goed functioneren van de onderneming in al zijn doelstellingen en verantwoordelijkheden waaronder dus ook de ecologische. Welke rol zie jij voor SBI op Landgoed Zonheuvel als het gaat om bijdragen aan de oplossing van wat jij noemt wicked problems?
‘’Ik gebruik de laatste jaren de term aardegericht onderwijs en dat heeft te maken met de dreigende overschrijding van de planetary boundaries waar we het eerder over hadden. Wat mensen doen en kunnen staat altijd in relatie tot, en is afhankelijk van, anderen. Menselijk en niet-menselijk. De aarde heeft een ontwikkeling die min of meer autonoom is maar die nu door de mens belemmerd wordt. Bij aardegericht onderwijs, en die term kun je ook toepassen op bedrijven en op de samenleving als geheel, gaat het om het besef van wederzijdse afhankelijkheid, om bescheidenheid, om empathie en compassie. Met elkaar en met de aarde: de lucht, bodem, water, atmosfeer en al dat leeft ofwel al datgene wat ons bestaan überhaupt mogelijk maakt.’’
Wals is betrokken bij de Whole School Approach (3) als een integrale benadering bij het betekenisvol verankeren van duurzaamheid in onderwijs. Hij ziet een kans om deze denkwijze ook toe te passen in organisaties. Eerder introduceerde Wals een variant op deze benadering bij medewerkers van Ziekenhuis De Gelderse Vallei. Hoe kun je als ziekenhuis vanuit je kerntaak aandacht besteden aan duurzaam, gezond en eerlijk?
Hij ziet een rol voor SBI waar het gaat om vanuit visie en leiderschap organisaties te helpen met zo’n Whole Company Approach. “Het heeft weinig zin om duurzaamheid ergens op te parkeren en te zeggen ‘daar doen wij ook aan’ of enkel in een glossy document met ’wapperwaarde’ op papier uit te dragen. Het moet een plek krijgen in de waarden en het denken en doen van de gehele organisatie. Pas dan krijgt het betekenis, gaat het leven en werkt het door.”
Wals sluit af met een aantal concrete tips voor bedrijven:
- Ga het gesprek aan waarin je met elkaar reflecteert op wat we belangrijk vinden en in hoeverre we daarbij rechtvaardigheid en ecologische grenzen in acht nemen.
- Begin dat gesprek met embodied learning dat wil zeggen; ga naar buiten waar andere gesprekken ontstaan.
- Sta open voor het onverwachte en benut zo de teachable moments.
- Reflecteer op hoe jij je verhoudt tot de natuur, tot de plek, tot de aarde.
- Geef aandacht aan controverse, tegenstrijdigheden en hypocrisie. Waar worstel je mee? Waar is het ongemak? Waar schuurt het? Praat niet alleen met gelijkgestemden.
- Formuleer een lonkend handelingsperspectief dat laat zien dat duurzaamheid niet altijd doom & gloom is maar ook leuk en betekenisvol kan zijn.
Dit artikel verscheen in verkorte versie in de Zonheuvel (herfst 2025) en maakt onderdeel uit van een vierluik. Lees ook de volgende interviews uit deze reeks:
‘Nederland wordt steeds zieker – en dat raakt ons allemaal.’ – Maarten Camps, bestuursvoorzitter van het UWV.
‘Nederland moet weer durven investeren in de toekomst’ – Pieter Hasekamp, directeur van het CPB
‘Democratie is geen vanzelfsprekendheid.’ – Han Polman, staatsraad Raad van State
Voetnoten
(1) De wetenschap onderscheidt 9 planetaire grenzen:
- klimaatverandering, zoals nationale ecologische voetafdrukken en buitensporige uitstoot van broeikasgassen;
- verzuring van de oceaan en mariene biologische systemen;
- aantasting van de ozonlaag in de stratosfeer;
- verstoring van de stikstof- en fosforcyclus;
- wereldwijd watergebruik;
- verandering in landgebruik;
- erosie van de biodiversiteit;
- de toename van aërosolen en bestaande stoffen in de atmosfeer, zoals synthetische chemicaliën;
- de introductie van nieuwe entiteiten in de biosfeer.
(2) Wals haalt hier de invloedrijke onderwijspedagoog Gert Biesta aan.
(3) https://www.wur.nl/en/education-programmes/wageningen-pre-university/whole-school-approach.htm